“Mijn officiële functieomschrijving is medewerker customer operations. Dat zijn we eigenlijk allemaal op deze afdeling, maar we hebben ieder onze eigen taken. Ik houd me bezig met de facturatie, creditering en vele andere administratieve taken.”
“In januari 1980 ben ik hier begonnen. Ik was 17 jaar en ging in de productie werken. Ik stond met andere meiden van mijn leeftijd aan de lopende band, kroketten in te pakken. Heel gezellig was dat. Toen ik een tweeling kreeg eind 1986 ben ik gestopt met werken, dat was normaal in die tijd. In 1994 kwam ik terug via het uitzendbureau en in 1995 weer officieel in dienst. Na een aantal jaren kreeg ik de kans om als receptioniste te werken. En sinds 2003 werk ik nog steeds met veel plezier op de afdeling customer operations.”
“De collega’s, de gezelligheid en de afwisseling. Geen dag is hetzelfde.”
“Ik begin altijd met een rondje koffie en thee en daarna met de dagelijkse facturatie. Die verwerk ik naar aanleiding van onze orders in het systeem. Als er iets niet geleverd is of als er prijs/actie-correcties nodig zijn, maak ik creditnota’s. Ook controleer ik de transportfacturen en heb regelmatig contact met onze klanten. Ik ben er gewoon de hele dag mee onder de pannen.”
“Dat is moeilijk! Er zijn zoveel mooie momenten geweest, maar mijn 25-jarig jubileum was wel iets waar ik met plezier op terugkijk. Er was koffie en gebak en mijn collega’s hielden mooie speeches. Het grappige was dat steeds terugkwam dat ik vaak “Alles komt goed” zeg. Daar was ik me helemaal niet bewust van, maar inderdaad: dat klopt.”
“Op wat we als afdeling doen voor het bedrijf. Hoe we allemaal samen staan voor het succes van Van Geloven en hoe goed de samenwerking is tussen afdelingen onderling. Van productie tot levering aan de klant: wij zorgen ervoor dat het lukt. Toen ik hier kwam, in 1980, werkte er amper honderd man. Vind het mooi om te zien hoe Van Geloven is gegroeid en waar we staan. En als ik eerlijk ben, ben ik ook best trots op mezelf: op hoe ik ben gegroeid vanuit mijn rol als inpakster naar deze functie.”
“De Bourgondische bitterbal! Als er hier op het werk een schaal met snacks rondgaat, pik ik die eruit en dat weten mijn collega’s ook. Die bitterbal kan altijd en is minder groot dan een kroket: dat vind ik vaak al teveel.”
“Lekker op vakantie gaan en uit eten. En bezig zijn met de kleinkinderen. We hebben er vier tussen de 5 en de 7. Die houden me jong hoor!”