“Ik ben Hoofd Technische Dienst. Dat betekent dat ik verantwoordelijk ben voor de gebouwen en machines waarmee we productie draaien.”
“Ik werk al 23 jaar in de foodsector. Dat ken ik en ik hou van de nette, hygiënische manier van werken. Bij mijn vorige werkgever ben ik begonnen als storingsmonteur en doorgegroeid naar een leidinggevende positie. Na al die jaren was ik toe aan iets anders. Maar ik wilde wel dichtbij huis blijven én in de foodservice werken. Bij Van Geloven kon dat en kwam ik in een warm bad terecht.”
“Toen ik binnenkwam, viel me meteen op dat het managementteam op eigen initiatief op mensen afstapt en alles doet om te helpen. Dat was ik niet gewend. Ook het afgelopen jaar heb ik gezien dat je bij Van Geloven heel veel mogelijkheden krijgt om ideeën tot een mooi resultaat te brengen, als je er maar zelf voor gaat. Dat is niet vanzelfsprekend, weet ik uit ervaring.”
'Bij Van Geloven krijg je heel veel mogelijkheden om ideeën tot een mooi resultaat te brengen'
“Ervoor zorgen dat we het elke dag een beetje beter gaan doen. Ik ben hier aan de slag gegaan om een nieuwe richting in te slaan, de touwtjes als bedrijf meer zelf in handen te nemen en minder uit te besteden. Ik hou van verandering, digitalisering, structuur aanbrengen en processen verbeteren. En de grootste uitdaging is niet om het laaghangend fruit te plukken, maar om die verandering te borgen, zodat het blijft werken.”
“Geen dag is hetzelfde natuurlijk, maar ik begin vaak met een praatje op mijn afdeling. Ik ga de fabriek in met de teamleider en kijk wat er in de vorige ploegendienst gebeurd is. Als er storingen zijn geweest of iets dergelijks, maken we op basis daarvan een plan van aanpak. Vervolgens beantwoord ik een heleboel mails en zit ik de rest van de dag vooral in overleg met andere afdelingen, contractors en leveranciers, om strategische plannen, projecten en investeringen voor de lange termijn te bespreken.”
“Ik kwam natuurlijk niet op het beste moment binnen: een paar maanden nadat ik begon, veranderde alles vanwege corona. Budgetten gingen van tafel en planningen moesten continu worden bijgesteld. Eén van de uitdagingen waarmee we te maken kregen, was dat de vaste zomerstop van de fabrieken niet doorging. Normaal gebruiken we die twee weken voor onderhoud, maar nu moesten we dat tussendoor doen. Dat het gelukt is, vind ik mooi. Het laat zien dat er meer kan dan je denkt, als het écht nodig is.”
“Een bittergarnituur tijdens de derde helft.”
“Liefst met klussen. Ik heb zelf mijn huis gebouwd en ben daar altijd nog aan bezig. En met Willem II natuurlijk. Dat is mijn club.”